Nieuwe wedstrijdvormen: een vooruitblik!

8 april 2017

Vanaf het seizoen 2017-2018 spelen pupillen Onder 9 en Onder 8 jaar in de vernieuwde opzet op een kwart voetbalveld partijtjes van 6 tegen 6. In het huidige seizoen spelen die leeftijdscategorieën nog 7 tegen 7 op een half wedstrijdveld.

Waarom wordt dit ingevoerd? Uit onderzoek blijkt dat dit de beste vormen voor optimaal voetbalplezier en ontwikkeling voor spelers van vijf tot en met elf jaar zijn. Kleinere veldjes en spelen in kleinere teams leidt tot meer balcontacten, samenspelen, meer dribbelen, schieten, passen en scoren. Het veld en spel sluiten beter aan op de belevingswereld van een kind. In landen als België, Duitsland, Spanje, Denemarken en Engeland wordt al veel langer met kleinere teams op kleinere velden gevoetbald.

Het seizoen daarop (2018-2019) starten de teams van Onder 10 (nog steeds 6:6), Onder 11 en Onder 12 (beiden 8:8) met de nieuwe wedstrijdvormen. Met het komende overgangsjaar krijgen verenigingen en voetballers de ruimte de nieuwe opzet te leren kennen en in te voeren.

Wat gaat er allemaal veranderen?

  • We gaan spelen op een veldje van 42,5 meter bij 30 meter.
  • We spelen 6:6 inclusief keeper.
  • We gebruiken pupillengoals (dezelfde als nu).
  • De doeltrap wordt passen vanaf de grond.
  • Ingooien en corners wordt indribbelen of -passen.
  • Vrije trap betekent indribbelen, -passen of schieten.
  • Scheidsrechters worden spelbegeleiders vanaf de zijlijn en grijpen alleen in wanneer zij denken dat de spelers een verkeerde beslissing nemen.
  • Voor de wedstrijd worden er nog steeds handen geschud en na de wedstrijd is een high-five een veel toegepast fenomeen!
  • Er worden geen klassementen bijgehouden maar de uitslagen worden wel gebruikt om in te delen op sterkte.

Heeft dit gevolgen voor onze Duvelkes (Onder 6) en Mini-F (Onder 7)? We kiezen er bij Gemert voor om niets te veranderen in deze leeftijdscategorieën. De Duvelkes gaan lekker kennis maken met het voetbal in d.m.v. allerlei voetbalspelletjes en door kleine partijtjes te spelen zoals 2:2 en 3:3. En misschien ook wel eens 1:1, 2:1 of 3:2. Na dat speelse eerste jaar stromen ze door naar de Mini-F waar de 4:4 centraal staat. Dit zal zich voornamelijk op clubniveau afspelen met af en toe een uitwisseling met de clubs uit de buurt. Maar ook zullen varianten als 3:3, 5:5 en 6:6 deel uitmaken van het leerproces. Ook hier geldt nog steeds natuurlijk: plezier staat voorop!

We weten nu wat de directe gevolgen zijn voor de spelers, begeleiders en scheidsrechters maar wat zijn de mogelijke consequenties voor onze club in de nieuwe situatie bij O9 en O8?

  • De teamsamenstellingen: nu spelen we met 7 in het veld met meestal een groep van 9. Handhaven we de groepsgrootte of gaan we naar 8? In de huidige situatie (9 teams) zou er dan één team bijkomen. Dan hebben we dus ook meer trainers en leiders nodig!
  • Passen er bij de nieuwe veldafmetingen 4 wedstrijdveldjes in één groot veld? Zo ja, wordt het weliswaar drukker op één veld (48 i.p.v. nu 28 spelers!) maar hebben we plaats genoeg. Zo nee, dan hebben we meer wedstrijdvelden nodig dan nu het geval is.
  • Hebben we genoeg pupillengoals beschikbaar?
  • Op dit moment zijn er bij elk wedstrijdje in deze categorie jonge, eigen opgeleide scheidsrechters actief, worden dit straks ook de spelbegeleiders in de nieuwe situatie en wat is hun werkelijke rol dan? En hoe gaan de clubs daarmee om?

In totaal krijgen zo’n 300.000 voetballertjes met de nieuwe wedstrijdvormen te maken. De KNVB gaat clubs actief helpen bij het in praktijk brengen van de nieuwe wedstrijdvormen. Zo is er bijvoorbeeld een rekentool ontwikkeld waarmee clubs de gevolgen voor hun vereniging kunnen berekenen. De ondersteuning bestaat uit verder het aanbieden van opleidingen voor trainers en scheidsrechters, het faciliteren van de collectieve inkoop van doeltjes en hulp bij het vrijwilligersbeleid.

In de winterstop van 17-18 gaan we, onder leiding van de KNVB, met z’n allen evalueren. Wat gaat er goed, wat kan er beter? En dit met het doel om bij de start van 18-19 maar liefst vijf pupillencategorieën aan de start te krijgen met aangepaste wedstrijdvormen.

 

Deel bericht

Terug naar boven